Voor Jazz International Rotterdam interviewde ik vocaliste Fay Claassen. Het interview verscheen op de homepage van concertgebouw de Doelen.
Er is de geschiedenis van Chet Baker, en er is de geschiedenis van Fay Claassen. Al sinds 1998 bestaat er tussen die twee een natuurlijke samenhang, al was het maar dat ze dezelfde bandleden deelden: drummer John Engels en bassist Hein van de Geyn. Een toevallige samenloop van omstandigheden bij de onthulling van het plaquette ter nagedachtenis van Chet Baker bracht ze bij elkaar. Dat was in 1998 bij het hotel in Amsterdam waar Chet Baker tien jaar eerder op tragische wijze de dood vond. Het gezamenlijk eerbetoon van toen – Fay Claassen zong één nummer mee – maakte zo veel indruk op manager Bob Hagen dat hij haar vroeg een cd te maken met liedjes van Chet.
“Ik vond dat lastig” vertelt Fay Claassen over de telefoon. “Ik stond aan het begin van mijn carrière. En om dan direct te beginnen met nummers van zo’n jazzgigant. Eigenlijk durfde ik niet. Ik heb toen eerst allerlei andere project aangepakt.”
In 2000 verscheen haar debuutalbum With a Song in my Heart en zes jaar later dan toch dat album: Two portraits of Chet Baker, een dubbel-cd met instrumentaal en vocaal werk van “de mooie jongen met wie het verkeerd afliep.”
“Chet is groot geworden bij het kwartet van Gerry Mulligan. Echte cooljazz, geweldige muziek die wij in de eerste set spelen. Ik spreek geen woord uit, breng enkel klanken voort. Als zangeres wil ik onderdeel uitmaken van de band. Dat doe ik door mijn stem als instrument in te zetten. Net als Chet Baker ben ik niet extravert. Ik zoek het detail op en laat het publiek dichtbij komen, zoals hij dat ook deed. De arrangementen van Hein van de Geyn helpen mij daar enorm bij. Hein weet wat er nodig is om Chets muziek tot zijn recht te laten komen als ik het zing. We doen Chet niet na, we wijzen enkel in zijn richting, een richting van sfeer. “
Claassen koos bewust voor de rol van instrumentalist. “Ik word een beetje moe van al dat diva-vertoon om me heen. Ik wil onderdeel zijn van het geheel. Pas dan kun je ook een band aangaan met de andere musici. Ik heb gekozen om niet te veel te praten, ik ben geen presentator, ik houd afstand. Soms zeg ik spontaan iets over Chet, maar ik heb hem niet gekend, dus draag ik liever een gedicht voor. Bijvoorbeeld een sonnet van Jeroen de Valk.”
Heb je snel een interview nodig? Neem dan contact met me op.